Proces MIRT

Onderstaande afbeelding geeft de planning van de MIRT Verkenning binnen het gehele MIRT proces weer.

De planning voor de A58 Tilburg-Breda tot aan de realisatie (de schop in de grond) is dus:

• 2019 - 2021: Verkenning

• Medio 2022: Einde verkenning, voorkeursbeslissing*

• 2022 - 2024: Planuitwerking

• 2024 - 2026: Realisatie

Proces MIRT Verkenning

Gedurende de MIRT Verkenning worden een aantal stappen doorlopen. Onderstaande figuur geeft deze visueel weer. Stap 1 tot en met 4 (zeef 1) zijn inmiddels doorlopen.

In de eerste fase van het project is onderzoek gedaan naar de problemen en oplossingsrichtingen voor de A58 tussen Tilburg en Breda. In een intensief participatieproces met weggebruikers, belanghebbenden en omwonenden bespraken we de problematiek op de A58 en de mogelijke oplossingen. Als resultaat hiervan zijn kansrijke oplossingen uitgewerkt in drie alternatieven voor de A58.

Notitie Reikwijdte en Detailniveau

De volgende stap is om voor deze alternatieven een milieueffectrapport op te stellen. In deze m.e.r. procedure gaat het erom om de effecten op het milieu goed in kaart te brengen. Om richting te geven aan dit onderzoek, is het van belang om vast te leggen hoe de alternatieven worden onderzocht. Dit is vastgelegd in de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD). De NRD lag ter inzage van 8 oktober tot 4 november 2020, in deze periode was het voor belanghebbenden mogelijk om hierop te reageren door middel van een zienswijze. Onderstaande film geeft een overzicht van deze fase.

Het vervolg

We werken de alternatieven verder uit, zodat we een zorgvuldige analyse kunnen maken van onder andere het oplossend vermogen, de effecten en kosten. Met deze analyse kunnen we een onderbouwde keuze maken van de maatregelen die we nemen in het voorkeursalternatief. Het voorkeursalternatief en de resultaten van de beoordeling komen vervolgens samen in een ontwerp-structuurvisie. Deze visie maken we gelijktijdig met de MER openbaar.

*De laatste stap in het proces betreft de besluitvorming waarin een voorkeursalternatief gekozen wordt. Door de stikstofdepositie en een financiële tegenvaller heeft het proces om tot het  voorkeursalternatief te komen, vertraging opgelopen. Vandaar dat wij u op dit moment geen informatie kunnen geven over het definitieve voorkeursalternatief en ook niet over de oplossingsrichtingen voor de aansluitingen bij Bavel, Gilze en Rijen en Tilburg-West. 

Minister van Infrastructuur en Waterstaat Mark Harbers heeft op 23 juni jl. de Tweede Kamer geïnformeerd over de voortgang van infra-projecten. Een belangrijk onderwerp in de brief was stikstof en de grote uitdagingen die hiermee gemoeid zijn. Dit raakt ook de MIRT-verkenning A58 Tilburg-Breda. De belangrijkste vraag is of er voldoende stikstofruimte voor het project beschikbaar is. Dit is echter nog steeds onzeker en zolang hierover onzekerheid blijft bestaan kan het project niet van de huidige verkenningsfase naar de volgend fase (de planuitwerkingsfase).

Een andere factor die belangrijk is voor het vervolg van het project zijn de kosten van de onderzochte  Ook vanwege de hogere kosten is het nog onzeker of het project naar de planuitwerkingsfase kan gaan. De verwachting is dat na de zomer besluitvorming zal plaatsvinden over wat de stikstofopgave en de financiële uitdagingen precies betekenen voor de diverse wegenprojecten in Noord-Brabant. Dan zal ook duidelijk worden wat de consequenties zijn voor de A58 Tilburg-Breda. Wij informeren u zodra we meer duidelijkheid hierover hebben.

Direct na publicatie van deze ontwerp-structuurvisie kan iedereen wederom via de formele inspraakprocedure een reactie geven. Op basis van de reacties op de ontwerp-structuurvisie en het MER, neemt de minister een definitieve voorkeursbeslissing en stelt de structuurvisie vast.